Koffieplanten zijn net kleine diva's. Je moet heel veel dingen precies goed doen zodat ze het goed hebben. En zodat ze doen wat ze moeten doen: goed groeien. Daarom is de ondersteuning van Peruaanse koffieboeren met bio-mest een van onze belangrijkste Impact-projecten.
Iedereen van jullie die zich al eens wat intensiever met het onderwerp koffie heeft beziggehouden, zal één ding kunnen bevestigen: Professionele koffieverbouw en professionele koffievoorbereiding zijn bijna als eigen wetenschappen. Of om het met de Facebook-relatiestatus te zeggen: het is ingewikkeld. Want koffieplanten hebben bijvoorbeeld een uitgebalanceerd klimaat nodig met constante temperaturen zonder grote schommelingen. Toch moet het warm zijn – ideaal zou 18 tot 25 graden zijn. Direct zonlicht? Helemaal slecht, daarom cultiveren slimme koffieboeren schaduwrijke planten en bomen rondom de koffieplanten. Aan de andere kant: Neerslag is koning! Onze koffieboeren in Peru verbouwen uitsluitend Arabica-bonen. Deze zijn bijzonder veeleisend wat betreft de teeltomstandigheden.
Je ziet dus, hier is immens veel kennis vereist. Onze Peruaanse koffieboeren en -boerinnen hebben het! Ze hebben de koffieverbouw generaties lang van hun ouders geleerd. Hier, op de hoogtes van ongeveer 1.300 meter, weten ze: Hoe hoger de teeltgebieden liggen, hoe meer tijd de koffie nodig heeft om te groeien. Maar koffiebonen die op grotere hoogtes worden verbouwd, ontwikkelen ook meer aromastoffen. Een ware traktatie dus, waarvoor het volgens ons zeker de moeite waard is een zekere divagedrag te accepteren. We merken keer op keer dat elke afzonderlijke van onze Peruaanse koffieboeren veel waarde hecht aan de duurzame ontwikkeling van hun regio. Het gaat hen echter niet alleen om gezondere planten, maar ook om een betere productiviteit en dus een hogere opbrengst per hectare.
De productiviteit van de planten hangt sterk af van de vruchtbaarheid van de bodem en de bemesting. De koffieboeren stonden vaak voor de uitdaging dat ze voor de gehele teeltoppervlakte niet genoeg organisch materiaal hadden om tot bio-compost te verwerken. De 59-jarige Elida Martina Muñoz de Chuqui vertelt glimlachend dat ze vroeger voor kleinere behoeften natuurlijk ook de compost en koffiedik van de familie gebruikte, evenals de zogenaamde guano, oftewel de natuurlijke mest van kippen- of cavia-uitwerpselen. "Het vervuilt de bodem niet en beïnvloedt ons product niet."
Maar natuurlijk, de tijden veranderen: Voor grootschalige teelt heb je simpelweg meer nodig dan dat. Daarom helpen we bij de aanschaf van bio-mest. Hiermee kunnen de koffieboeren de vruchtbaarheid van hun bodems verbeteren en tegelijkertijd hun aanplant beschermen tegen plagen. We stellen het geld beschikbaar voor de aankoop van grote hoeveelheden, waardoor de transportkosten voor de individuele boeren aanzienlijk worden verlaagd. Ook zorgen we ervoor dat de mest gratis aan de koffieboeren wordt verstrekt. Koffieboerin Dalila Santillán De Navarro is daar behoorlijk enthousiast over: "Een geweldige ondersteuning, want het helpt ons de kosten te besparen die we eerder hadden bij de aankoop van bio-mest." Maar het beste is, zegt ze, dat het hen helpt een goede productie te bereiken zonder het milieu te belasten en de bodem te beschadigen. Zo ondersteunen we met dit project niet alleen de teelt en kwaliteit. Maar ook de grote behoefte van onze koffieboeren om zoveel mogelijk in harmonie met de omringende natuur te leven. Dat zorgt voor duurzame impact.